Selecteer een pagina

Begrippen Administratie

Nuttige weetjes en tips

Wat is wat

De financiële administratie kent een paar begrippen die handig zijn om te weten. Weet jij het verschil tussen kosten en uitgaven? Opbrengsten en ontvangsten? Debet en credit? En weet je wat afschrijvingen zijn?

Uitgaven en ontvangsten

Uitgaven en ontvangsten is geld dat je direct ziet binnenkomen of verdwijnen. Ik geef vandaag 35 euro aan de schoonmaakhulp, dat zijn vandaag uitgaven. Ik ontvang op 4 januari 150 euro voor een sessie, dat zijn op 4 januari de ontvangsten. Eigenlijk is alles wat je ziet gebeuren op de bank een uitgave of een ontvangst.

Kosten en opbrengsten

Kosten en opbrengsten hoeven niet gelijk te zijn aan je uitgaven en ontvangsten. De winst die je maakt reken je uit aan de hand van je kosten en opbrengsten, en niet aan de hand van je uitgaven en ontvangsten.

Kosten die nog geen uitgaven zijn, zijn bijvoorbeeld vooruitbetalingen. Je bestelt bijvoorbeeld een massagetafel van 1000 euro voor je praktijk. Die komt pas over 8 weken. Je betaalt 250 euro vooraf. Die 250 euro zijn uitgaven, je betaalt ze vanuit je bank. Maar pas als de massagetafel binnen is dan neem je het op in de administratie als iets dat je gaat gebruiken voor je praktijk en dan gelden de totale kosten van 1000 euro.

Opbrengsten die nog geen ontvangsten zijn, is bijvoorbeeld de factuur die je stuurt aan een cliënt die hij later mag betalen. Op het moment van het maken van de factuur boek je in je administratie de opbrengst, de sessie van 150 euro. Pas als je cliënt betaalt dan boek je in je bank de ontvangst hiervan.

Debet en credit

Debet bevindt zich aan de linkerzijde van je balans. In dit rijtje staat alles wat je bezit, zoals je inventaris, je auto, maar ook het geld dat je nog krijgt van je klanten. Dit laatste had je geboekt bij de opbrengsten. Voor de boekhouding bezit je dit dus al nog voor je het daadwerkelijk gekregen hebt van je klanten.

Credit, aan de rechterzijde van de balans, vertelt hoe je alles wat je bezit gefinancierd hebt. Hier zie je dus het saldo van je eigen vermogen en van de bank. Ook het geld wat je nog moet betalen aan leveranciers en de belasting die je nog moet betalen staan hier.

Afschrijvingen

Als de kosten die je maakt voor een aanschaf hoger zijn dan € 450,- excl. btw én je gebruikt het langer dan een jaar dan moet je hiervoor een afschrijving toepassen. Dit betekent dat je de kosten over 5 jaar moet gaan verdelen. De belastingdienst gaat er namelijk van uit dat je producten die veel kosten ook langer gebruikt, denk bijvoorbeeld aan de tafel en stoelen in je praktijkkamer en je laptop.

Voorbeeld: Je koopt een laptop van € 1000,-. Ieder jaar neem je dus € 200,- op in de kosten die je aftrekt van je inkomsten. Na vijf jaar heb je alle kosten verrekend. In een eenvoudig overzichtje houd je bij wat dit product is, wanneer je het hebt aangeschaft en welke afschrijving je al gedaan hebt. Heb je een eenvoudige boekhouding dan is 1x per jaar voldoende, heb je een grote boekhouding dan doe je dit 1x per kwartaal of zelfs maandelijks.

Producten die onder de € 450,- aanschafwaarde liggen mag je meteen in de volledige kosten opnemen. Lekker, dan is het maar klaar.

Soms kun je kiezen. Stel je voor dat je je inventaris in een keer koopt. Je koopt je stoelen, je bureau en de aankleding. Je kan dan alles bij elkaar optellen en in vijf jaar afschrijven. De meeste onderdelen zullen misschien onder de € 450,- kosten. Je kan dan er dan ook voor kiezen om alles los opnemen in je administratie waardoor je meteen alle kosten kan verrekenen.

Programma's

Tegenwoordig hoef je deze begrippen niet meer precies te weten. De computerprogramma’s doen het werk voor je.

Ik kan twee programma’s van harte aanbevelen. Hier heb ik zelf mee gewerkt. 

1)  Boekhouden in Excel

2) E-boekhouden

Maar er zijn er meer. Ik kwam bijvoorbeeld ook nog de – voor mij aansprekende – Rompslomp tegen. Met de meeste programma’s kun je gratis kennismaken. Kijk eens rond en zie wat je bevalt.

 

"Declare your karma paid in full"

– onbekend